…. en hoe zich dit weerspiegelt in het Nederlands-Duitse zakenleven.

Op zondagavond zitten Nederlandse en Duitse bakliefhebbers weer aan de buis gekluisterd voor ‘Heel Holland Bakt’ en ‘Das große Backen’. Onze gastauteur Katja Schleicher keek naar beide programma’s en beschreef wat haar opviel. Want het gevoel voor tv-entertainment in een bepaalde cultuur zegt veel over de natuurlijke manier van zakendoen.

TV-format: plaatkoek versus feesttaart

Het Duitse format is duidelijk zeer tweedimensionaal: kandidaten, die bakken, en een jury, die beoordeelt. Het draait uiteindelijk allemaal om de taarten – en om het winnen. Ook het huldigen van de ‘bakker van de week’ op SAT.1 versterkt dit beeld. Deze ‘poespas’ is aan omroep MAX niet besteed. Deze omroep zet liever in op meerdimensionale perspectieven in de gesprekken. Maar voor Duitse begrippen is dit format daardoor nogal chaotisch.

Deze meerdimensionaliteit zie je ook terug in de manier van zakendoen van Nederlanders. Liever meerdere ballen in de lucht houden en verschillende mogelijkheden uitproberen. Inclusief een zekere vorm van (zelf)spot, zonder daarbij het respect te verliezen.

Aan Duitse kant is het in eerste instantie belangrijk om duidelijkheid te verschaffen, zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan. Alles tot in de puntjes uitdenken. Zo weinig mogelijk aan het toeval overlaten. Inkaderen. De dingen (vooralsnog) overzichtelijk houden. Gecompliceerd wordt het namelijk altijd sneller dan je denkt.

Bij SAT.1 hebben de producenten weinig vertrouwen in de mediavaardigheden van hun bakjury. De juryleden moeten zich aan een vast script houden, en hun reacties mogen enkel en alleen betrekking hebben op het beoordelen van de zoete kunstwerken van de deelnemers. Hierdoor is er weinig ruimte voor spontaniteit, wat terug te voeren is op de Duitse behoefte aan zekerheid. De Nederlandse bakexperts krijgen meer speelruimte en mogen zelfs een keer de tango dansen.

Deze verschillende manieren van optreden zorgen ook in onderhandelingen tussen Nederlanders en Duitsers vaak tot misverstanden en onbegrip. Wie succesvol wil zijn, moet zich eerst verdiepen in de cultuur van de ander.

Presentator: ‘Keurig binnen de lijntjes’ versus ‘Lang leve de lol’

SAT.1 heeft met presentatrice Enie van de Meiklokjes (Nederlandse naam, maar in Potsdam geboren en opgegroeid) geen enkel risico genomen. Haar outfits zijn vaak heel snoezig, en ze past volledig in het brave Duitse format: lief en vriendelijk, af en toe een lolletje, maar ze laat niks aan het toeval over en roept geen emotionele uitspattingen op. En precies dát verwacht het Nederlandse publiek van komiek André van Duin: mopperen over het thema van de uitzending (of over het ontbreken daarvan), gevatte opmerkingen naar zowel de kandidaten als de juryleden. Hij bespeelt het publiek met de bekende mix van brutaliteit en affectie waar Nederlanders zo van houden (en door Duitsers vaak te recht voor zijn raap of ronduit beledigend wordt ervaren). Dit is niet anders op de Nederlands-Duitse werkvloer: Nederlanders gaan vaker voor uitdagende, maar meer risicovolle opdrachten (“het komt wel goed”), Duitsers gaan op zakelijk gebied voor zekerheid (“het kan zomaar misgaan”). Beide varianten kunnen zowel succesvol als gevaarlijk zijn.

Jury: waardeoordelen tussen individu en project

Ook de feedback van de Nederlandse en Duitse jury weerspiegelt in grote lijnen wat zich voor en achter de schermen van het bedrijfsleven afspeelt: de Nederlandse jury laat zich zeer kritisch uit over de baksels, maar is vriendelijk tegenover de bakkers (zelfs als het bakwerk totaal mislukt is). De Duitse jury ziet bakker en baksel meer als een eenheid en geeft op basis hiervan commentaar. Ditzelfde is terug te voeren op zakelijke besprekingen. Waar Nederlanders bij het eerste zakelijke contact waarde hechten aan het opbouwen van een goede, intermenselijke relatie, kan gedurende de samenwerking ook best een keer wat fout gaan, zonder dat het hele project in twijfel wordt getrokken. In Duitsland daarentegen spelen de handelende personen vaak een ondergeschikte rol: hier is het resultaat van het project veel belangrijker.
Is het na dit alles nog verwonderlijk dat een simpele plaatkoek met fruit de Duitse bakkerijvitrines domineert, terwijl de Nederlandse bakkunstwerken vooral bestaan uit gekleurde, complexe zoetigheden?

Opmerking:
De auteur is zelf totaal niet goed in het bakken van taarten en kijkt elke zondag vol bewondering naar de bakkunsten van de hobbybakkers aan deze en de andere kant van de grens.

‘Heel Holland bakt’, zondagavond 20.20, NPO1
‘Das große Backen’, Sonntag, 17.50 Uhr, SAT.1